Onder leiding van archeologen van de Universiteit van Leiden en de gemeente Delft en Midden-Delfland brengen studenten Archeologie uit Leiden een slotenstelsel in de Harnaschpolder in kaart. Dit moet meer - en wellicht nieuw - licht werpen op de bewoningsgeschiedenis van het gebied. Behalve veel middeleeuwse botten en scherven is ook Romeins aardewerk en twee dierskeletten aangetroffen. "Bij het nemen van bodemmonsters, om te zien of dit terrein interessant is om op te graven, stuitten we op een Romeins graf. Dat blijkt nu ook het enige graf te zijn. Het zat vol met Romeins serviesgoed van terra sigillata. Interessant is verder dat de Romeinse verkaveling nog tot in de middeleeuwen gebruikt lijkt te zijn", aldus opgravingsleider Jasper de Bruin.
Terra Wáta?
Terra sigillata, letterlijk 'gestempelde aarde', vanwege de stempeldecoraties en naamstempels van de pottenbakkers, is een rode aardewerksoort met een glanzende, waterdichte deklaag. Het is te dateren tussen ca. 30 v. Chr. en de late vijfde eeuw maar de terra sigillata die in Delft wordt gevonden komt voor het grootste deel uit Midden- en Oost Gallië (La Madeleine, Trier) en is te dateren in de tweede helft van de tweede eeuw.
Van terra sigillata werd vooral tafelgerei vervaardigd: borden, koppen en kommen. Opmerkelijk is dat het - voor Hollandse begrippen - luxe serviesgoed van terra sigillata voor de Romeinen een goedkope versie was van nóg luxer zilveren of glazen serviesgoed. De decoraties zijn in reliëf aangebracht met behulp van een mal. Hoewel de inheemse bevolking nog lange tijd aardewerk met de hand blijft produceren, zoals kogelpotten, wordt het op de draaischijf gemaakte aardewerk steeds populairder.